Laos: bij de tilapia’s
Onthaasten is een moeizaam proces voor de gejaagde westerling. Hoewel ik veel leerde van de Mongoolse stilte en Cambodjaanse stressloosheid ben ik er na twee jaar nog steeds niet.
Zes weken in een boomhut
Allah, Boeddha en ik staan ongeveer om dezelfde tijd op, zo rond een uur of vier ‘s ochtends, gevolgd door de taptoe van de militaire basis om 05.00 uur. Hierna keert de
Vietnam: in de vissersgrot
Vanuit mijn tent kijk ik uit over een kalme zee en zie hoe houten vissersbootjes manoeuvreren tussen kalkstenen rotsformaties die als scherpe pieken uit het water verrijzen.
In de Greppel
Ik lig te schudden op mijn lekke matje, alles is klam en ik lig in een belachelijke houding om de boomstronk heen die dwars onder mijn tent loopt. Een volgende truck
West-China: een pittige vuurdoop
Na vier maanden in de nomadisch-Russische sfeer van Centraal-Azië is de overgang van Kazachstan naar China de grootste cultuurschok van mijn reis. Ik snap niet wat er om
Oost-China: bij Li Ming
Ik heb geen flauw idee waar ik ben of waar ik heen ga, maar loop mak over het bospad achter Li Ming aan in de stromende regen. Mijn Chinese vriend spreekt geen woord
Mongolië: verjaardagsontbijt
Een mus strijkt neer op de houten dakring van de joert. Iedereen om me heen slaapt nog en ik kijk met mijn ogen op een kier naar het vogeltje in de ochtendzon.
Kirgizië: bij de nomaden
Ik schiet overeind van het geluid van een diep dierlijk gebrom vlak naast mijn tent. Het is al ochtend, maar de zon is nog maar half op. Niet wetend wat me buiten te
Tadzjikistan: bij de Wakhi’s
Een grindweg leidt me op bijna 3000 meter hoogte door een vallei omgeven door sneeuwtoppen. Rechts ligt Afghanistan met haar smalle ezelpaadjes en voor me de ijzige
Oezbekistan: verdwaald in de bergen
Honden slaan op hol, grazende schapen maken zich uit de voeten en kinderen komen aangesneld. De dorpsbewoners kijken met stomheid geslagen toe als ik van de berg af hobbel.