Het monster van Modi

Hindoebendes op ramkoers

De Kanttekening

De rellen in Noordoost-Delhi van 23 februari tot 1 maart de waren bloedigste rellen tussen hindoes en moslims in decennia. Aanleiding waren protesten die al maandenlang gaande zijn tegen een nieuwe immigratiewet die door Indiase moslims gezien wordt als discriminerend. De demonstraties zijn fanatieke hindoes een doorn in het oog en nadat het tot een confrontatie kwam werden huizen, winkels en moskeeën in brand gestoken en kwamen zeker 53 mensen om het leven, merendeels moslims. Sindsdien is de sfeer in het stadsdeel kalm, maar gespannen. Terwijl Delhi haar wonden likt en puin ruimt, vreest islamitisch India voor de volgende uitbarsting.

Ondanks een opgelegd verbod op samenscholing werden de straten van het arme Noordoost-Delhi enkele dagen lang geregeerd door bendes hooligans en hindoefanatiekelingen die erop uit waren moslims te laten zien wie er de baas is in India. Moslimwijken werden belegerd en mensen werden lukraak in elkaar geslagen of zelfs vermoord. Nog altijd worden er lijken gevonden in uitgebrande huizen, de rivier en in het riool. Nu de voorlopige rust is weergekeerd in de straten van Delhi vragen veel bewoners zich af waarom de overheid hun stad twee dagen lang liet branden voordat er serieus werd ingegrepen. Oppositiepartijen en activisten beschuldigen premier Modi’s regering en de politie van hun lakse houding in het aanpakken van het geweld in de hoofdstad. Zo werd een dringende oproep van de lokale overheid om het leger te sturen genegeerd en werd politie ineffectief en laat ingezet. Dit wekt bij slachtoffers het vermoeden dat de rellen politiek gemotiveerd waren en mogelijk zelfs georganiseerd.

Gezien het passieve optreden van Modi en minister van binnenlandse zaken Amit Shah in de rellen van 2002 in de staat Gujarat, waarbij 2500 moslims om het leven kwamen, is het eenvoudig hen een complottheorie in de schoenen te schuiven. Toch past de theorie van een groots plan door zijn BJP-partij om demonstranten en critici de mond te snoeren niet binnen de gebeurtenissen in Delhi. Voor Modi’s regering kwamen de rellen namelijk beslist niet gelegen. De lokale verkiezingen waren net achter de rug en zijn regime was naarstig op zoek naar internationale goodwill na een periode met grootschalige demonstraties vanwege een omstreden burgerschapswet. Dat juist tijdens het bezoek van Donald Trump onder zijn neus zulk geweld losbarstte kwam Modi bijzonder slecht uit. Het beeld dat nu naar buiten kwam tijdens dit belangrijke staatsbezoek was niet slechts dat van religieuze intolerantie, maar ook dat van dat van een regime dat straatgeweld en hooligans tolereert. Buitenlandse investeerders, media en politiek leiders kregen een beeld te zien van een ontregeld, racistisch en wetteloos India, wat een nachtmerrie is voor Modi. Hij riep op tot kalmte, maar een krachtig antwoord bleef uit.

Een pakket explosieven

Toch waren de rellen geen toeval, zegt columnist Yogendra Yadav van The Print. ‘Natuurlijk traint Modi zelf geen nationalistisch leger, maar de gebeurtenissen zijn het resultaat van een een pakket explosieven dat dit regime ijverig heeft samengesteld de afgelopen jaren.’ Volgens Yadav en andere critici bestaat dit pakket uit drie elementen. Ten eerste het klimaat van haat; in de afgelopen tijd hebben BJP-leiders een ongelooflijke hoeveelheid anti-moslimpubliciteit de wereld in geslingerd, aangewakkerd door hun eigen propagandamachine en verspreid door sensatiegerichte media. Dit zorgt voor droge munitie, klaar voor een vonk. Het houdt ook de oppositiepartijen stil, die bang zijn om hun hindoe-achterban te verliezen.

Ten tweede heeft Modi’s BJP een ongekende carrièreprikkel gecreëerd voor leveranciers van politieke haat. De lijst met controversiele BJP-leiders met een geschiedenis van sektarisch geweld is lang en de partij houdt zelfs leden die verdacht worden van moord een hand boven het hoofd.

Het derde element zijn een plooibare politiemacht en ambtelijk apparaat. Volgens Yadav maken de rellen in Delhi voor de zoveelste keer duidelijk dat politieke wil essentieel is in tijden van sektarisch geweld. ‘De Indiase politie is slecht georganiseerd en kan niet vertrouwd worden om geweld effectief te bestrijden. Daarnaast is door ondoorzichtige werving, halfbakken opleiding, vastgeroeste vooroordelen, slechte werkomstandigheden, corruptie en een gebrekkig mechanisme van verantwoording voor hun optreden de Indiase politie een eenheid geworden die door de machthebbende partij voor haar karretje gespannen kan worden. De politie slaat protesten hardhandig neer of kijkt de andere kant op, afhankelijk van hoe hun politieke meesters het willen.’

Systematische aanvallen door politie, de overheid of hindoeradicale groepen op iedereen die zich verzet tegen de overheid hebben ervoor gezorgd dat steeds minder mensen zich uit durven te spreken. Na een aanval van een gemaskerde bende op de Jawaharlal Nehru-Universiteit in januari weet de Indiase politie dat het verstandig is om weg te kijken wanneer hindoe-activisten geweld plegen.

‘Dit is precies wat er gebeurde in Noordoost-Delhi’, zegt historicus Rafiq (34). ‘De haatcampagne van extreemrechts rond de verkiezingen zorgde al maandenlang voor een sfeer van haat en wantrouwen. Uiteindelijk sloeg de vlam in de pan en keek de politie de andere kant op, zelfs op een moment dat Modi er niet op zat te wachten. Dit is mogelijk nog gevaarlijker dan de complottheorieën dat de overheid gangsters betaald om rellen te beginnen, want het laat zien dat het regime een monster gecreeërd heeft wat het zelf niet meer onder controle heeft.’

De aanleiding

Toch zijn de rellen niet geheel uit het niets ontstaan. India staat als sinds december op zijn kop nadat het parlement de Citizen Amendment Act (CAA) aannam, die als doel heeft de grensregio te zuiveren van illegale immigranten. Het knelpunt is dat de BJP belooft alle illegale immigranten uit te zetten behalve hindoes, boeddhisten, sikhs, christenen, jains en parsi’s die voor 2014 in India. Dit erop neer dat nagenoeg alle illegale immigranten aanspraak kunnen maken op Indiaas burgerschap zolang ze geen moslim zijn. Omdat religieuze overtuiging het criterium vormt om in aanmerking te komen voor een Indiaas paspoort hebben de Verenigde Naties, juristen en tegenstanders van Modi zich krachtig uitgesproken tegen de discriminerende wet.

De CAA past binnen de hindoenationalistische richting van Modi’s BJP en wordt gezien als de derde grote stap om de visie van een hindoenatie te implementeren. De eerste stap was het intrekken van de autonome status van Kashmir, de enige staat waar moslims in de meerderheid zijn. De tweede stap was de toestemming om een tempel voor de hindoegod Rama te bouwen op de plek waar in 1992 door een hindoemenigte de Babrimoskee werd afgebroken. Het doorvoeren van de CAA als derde stap heeft er niet alleen voor gezorgd dat de hindoe-extremisten zich gesterkt en aangemoedigd voelen, maar ook voor een groeiend gevoel van onveiligheid onder Indiase moslims.

Na het aannemen van de wet braken in heel India demonstraties voor en tegen de CAA uit, met tot wel een half miljoen deelnemers in enkele grote steden. Een van de grootste permanente protestlocaties tegen de wet is in Shaheen Bagh, een arbeiderswijk in Zuid-Delhi, waar sinds half december tienduizenden demonstranten, voornamelijk moslimvrouwen, kamperen op een geblokkeerde snelweg. Veel van hen zijn moeders en oude vrouwen. Ze slapen in tenten, koken in gezamenlijke gaarkeukens en verzorgen zelfs onderwijs voor meegereisde kinderen. De islamitische huisvrouw Ayesha (44) vertelt dat ze nooit buiten de grenzen van haar eigen staat is geweest, maar dat ze met haar twee zussen in de bus naar Delhi is gestapt in december en niet van plan is om terug te komen voor er een oplossing is. ‘Het is niet dat we hier voor onze lol zitten. Ik was het liefst thuis gebleven, maar we hebben allemaal het gevoel dat als we nu niet voor onszelf opkomen we straks vreemdelingen worden in eigen land en de boze hindoemannen hier de dienst uit gaan maken.’

Enkele protesten leidden tot rellen, politiegeweld, merendeels in staten waar BJP de dienst uitmaakt, maar de meeste demonstraties verliepen vreedzaam. Toch worden de demonstranten in Shaheen Bagh al maandenlang getreiterd, zwartgemaakt en zelfs bedreigd door BJP-politici en hindoe-organisaties. Tot twee keer toe betrad een bewapende hindoefundementalist het podium in pogingen de massa weg te jagen.

De rellen

De spanningen in Delhi liep hoger op toen lokale BJP-leider Kapil Mishra dreigde om de activisten met geweld te verwijderen. Mishra spoorde zijn pro-CAA-volgelingen aan om een protestmars in een ander stadsdeel tegen te houden waarna een menigte bewapende hooligans zich verzamelde. Diezelfde avond braken de rellen uit in Noordoost-Delhi.

Een politierapport stelt dat het pro-CAA-activisten waren die de aanval openden. Wat op zondagavond begon als confrontatie tussen politie en activisten groeide uit tot een hindoe-moslimrel op maandag en eindigde het met eenzijdig anti-moslimgeweld vanaf dinsdag. Hooligans gingen leuzen schreeuwend over straat, staken winkels en huizen van moslims in brand en dwongen voorbijgangers zich te identificeren om te zien of het hindoes of moslims waren. Sommige mannen werden zelfs gedwongen zich uit te kleden om te zien of ze besneden waren. Op Youtubefilmpjes is te zien hoe zij met ijzeren staven, kettingen en stenen moslims aftuigen. Ook werden er nooit eerder zoveel vuurwapens gebruikt tijdens rellen en kwamen minstens 19 mensen om het leven door kogels. De boodschap van de menigte was duidelijk: alleen hindoes hebben iets te zeggen in dit land, niemand anders.

De politie kwam pas na drie dagen echt op gang en wordt door buurtbewoners en mensenrechtenorganisaties beschuldigd van passief toekijken en in enkele gevallen zelfs het assisteren van de hindoebendes. Zo circuleert er een filmpje op internet waar politieagenten vijf gewonde moslimmannen dwingen om patriottische liedjes te zingen.

Buurtbewoner Ahmet (54) vertelt dat hindoejongeren met stokken, gascilinders en zwaarden door de straten renden. ‘Ik herkende sommigen van hen als mijn eigen buurjongens. Ik heb ze jarenlang op zien groeien en nu stonden ze ineens voor de deur, dreigend om mijn familie te vermoorden. Toen ze molotovcocktails begonnen te gooien wisten we gelukkig te ontsnappen. Ik belde de politie keer op keer’, vertelt Ahmet, zittend in een opvangkamp, ‘maar ze zijn nooit gekomen.’

Ondanks een opgelegd verbod op samenscholing hield het geweld aan en stak een hindoemenigte op dinsdagavond een moskee in brand en hesen zij de hindoeistische Hanumanvlag op de minaret. ‘Mijn huis vlakbij ging in vlammen op’, zegt Ameen (40). ‘Maar ik weet dat mijn buren hier niets mee te maken hebben. Sterker nog, toen de hooligans naderden openden zij de deur van hun huis en konden alle moslims uit de straat bij hun schuilen. Gelukkig is zelfs in deze hel nog solidariteit te vinden.’ Niet alleen hier, maar ook in de wijken Jaffrabad en Maujpur, waar hindoes en moslims door elkaar wonen, barricadeerden buurtbewoners alle toegangswegen om de relschoppers buiten te houden en om de harmonie niet te verstoren. ‘Maar we moeten sterk staan zegt Ganesh (51), want van alle kanten proberen haatzaaiers ons uiteen te drijven en buren van beide religies tegen elkaar uit te spelen.’

Volgens politicoloog Rahul (38) is er geen uitzicht op een verbetering van de situatie in het land zolang er zoveel mensen zijn die profiteren van de chaos en polarisatie. ‘We moeten voorbij de grenzen van de huidige situatie kijken en zien dat dit ons afleidt van de echte problemen in ons land. Boven alles moeten we het algehele falen van ons politieke systeem aanpakken. Indiase politiek kent een lange geschiedenis van apathie die ervoor zorgt dat kernproblemen niet worden aangepakt.’

‘India besteed slechts 1 procent van haar bruto nationaal product aan gezondheidszorg en 3 procent aan onderwijs, wat het een van de laagste ter wereld is’, vervolgt Rahul. ‘Droogte is een veel nijpender probleem dan immigratie, net als de enorme kloof tussen man en vrouw in de samenleving, de enorme corruptie en het gebrek aan transparantie binnen de overheid. Natuurlijk moeten illegale immigratie en grensproblemen aangepakt worden, maar uiteindelijk zijn er veel grotere problemen die de echte voorwaartse gang van dit land tegenhouden. Liever blijven onze politici over elkaar heen rollen, schreeuwend over het ene schandaal na het andere en blijven ze drama’s, onrust en sektarische spanning voeden voor eigen gewin.’